Bron: Jan de Heer
De grens tussen de Kerkbuurt en Kraaihoek licht precies bij de oude pastorie van de P.K.N. gemeente. Wat moeten hier verder van vertellen. Deze pastorie (zie foto) heeft vanaf 1750 aan de dijk gestaan. Een restant is nog te zien aan de muur met een opgemetselde ezelskop aan de stoop van de bloemenhandelaar Commandeur. Na vele renovaties is besloten besloot men in 1917 om een nieuwe pastorie te bouwen in de tuin achter de oude pastorie. Dit was en is nog een groot huis. Na voltooiing is de oude aan de dijk staande pastorie gesloopt. Nu is deze al jaren in particulieren handen. En heeft de kerkelijken gemeenten een andere plaats waar de predikant woont.
Hoe komt men eigenlijk aan de naam Kraaihoek. Wel een wat vreemde naam, en dan te bedenken dat deze naam pas rond 1920 is ingevoerd. Voorheen was de naam Karhoek. Ik heb daar geen verklaring voor. Men zou zeggen de karren ( voertuigen ) zijn verdwenen en de kraaien hadden de overhand gekregen.
Door het aan leggen van een weg de polder in en aansluitend op de Pontonniersweg in 1955 is de buurt door de midden gedeeld. Een eeuwen oude boerderij die daar onder aan de dijk stond is daar voor gesloopt. Nog wel een aantal wat oudere woningen kunnen we aan de binnenzijde van de dijk vinden.
Bedrijvigheid: eerst nog in de jaren 1955 kwamen we een drogisterij van de heer van Beek tegen op de foto het eerste huis links. Daarna volgde de melkhandel, en aan het einde van het Kraaihoek de timmerloods. Van Matena. Een houten schuur waar eerst de timmerman van der Esch zijn werk deed. Hij liet een nu nog bestaand huis onderaan de dijk er naast bouwen.
Daarna nam de heer A van Dalen het bedrijf over, en bouwde een nieuwe werkplaats. Helaas brak er in 2017 brand uit, en werd het pand volledig verwoest. Na een aantal maanden verrees er weer een geheel nieuw bedrijf .
Nu nog een opmerking, schrijver woonde in zijn jeugd ook hier, heeft de stoep die van de dijk het land inliep zien bouwen. Later werd het de doorgaande weg naar het Eiland, de Pontonniersweg.. Wat ook te vermelden is, dat als men op de dijk staande naar het noorden keek men niets anders dan weiland zag. Heel in de verte zag men de auto’s op de rijksweg rijden. Geen huis te zien. Moet je nu maar eens voorstellen. Links het huis waar de schrijver een deel van zijn jeugd woonde. Rechts de Molenpolder met bebouwing. De dijk niet geasfalteerd en achter in het midden de plaats waar de huidige afrit is.
Maar nu is de vraag wat was er aan de buitenkant van de dijk te zien. Zoals we al eerder vermeld bij de Kerkbuurt hebben de Molenpolder. Of het Zant. Een opgespoten uiterwaard, bebouwd in 1921 Een buurt die de toenemende arbeiders moest opvangen. Bekend is dat de huizen in huur veel te duur waren en een deel een lange tijd leeg stonden. Ook had de woningbouw verordend dat er geen handel of bedrijvigheid gedaan
mocht worden. Dit is later toch wel veranderd want alle huizen hadden een voorkamer waaruit vaak handel gedreven werd. Zo vond men er manufacturen, schoenmaker, ijsverkoop, visboer tot zelf drankverkoop. Het was in de jaren 1970 dat de hele wijk moest verdwijnen. Dit deed nog al stof opwaaien. Met het gevolg dat de buitenrand gesloopt werd en vervangen door nieuwbouw en het binnen gedeelte gerenoveerd werd.
Een eigenaardig feit doet zich voor dat de dijk Kraaihoek genaamd is en de bouw van het zand de Dijkstraat heet. Met daar tussen voor een groot deel de Pontonniersweg en dit alles naast elkaar. Bedrijvigheid op het zant. Op de hoek Dijkstraat- Middenstraat vonden we de sigarenwinkel van de Hollander. Twee kleine mensjes die de winkel dreven waar niet alleen tabaksartikelen te koop was, maar van alles. Men hield daar zelf een kleine bibliotheek op na. Dan op de hoek van de Middenstraat had bode Besemer zijn garage zie foto. Het was daar altijd een hele drukte.
Verder gaan we voor de bedrijvigheid naar de waterkant de Merwedesingel. Tijdens het opspuiten van de waard werd hier al een los wal gemaakt. Op die los wal kwamen verschillende zandtrechters te staan. Heel veel zandschepen losten hier hun lading. Trouwens Papendrecht had zelf al veel zandschippers, die zeker in het weekeind met hun schepen hier voor de los wal lagen. Zelfs op de rivier was het altijd een drukte van belang.
Tussen de Ketelplaat en het pontveer was een ankerplaats voor de rijnaken, waar druk gebruik van werd gemaakt. Het was hier een wisselstation van rijnaken die uit Antwerpen kwamen met een sleepboot die geschikt was voor het varen op de Zeeuwse wateren. En dan vanuit de ankerplaats aangemaakt ( opgepikt ) werden door de krachtig
Al deze bedrijvigheid is verdwenen. Het bunkerstation van de B.P brengt nog wel wat bedrijvigheid teweeg. Maar verder is het stil geworden.
Dit was even een uitstapje naast de naast de Kraaihoek gelegen wijk. Veel zal hier over nog te schrijven zijn, maar dat laten we maar nog even liggen. Wat wel nog vermeld moet worden dat de gehele uiterwaard waar de wijk opgebouwd is van de stad Dordrecht gekocht moest worden. We komen dit nogmaals tegen op de Veerdam. Nu gaan we verder het Bosch is.
Comentarios