top of page

Verhalen lezen

Herinneringen aan Papendrecht - deel 4 - De familie Dekkers

Ingezonden door: Piet de Koning


Harmen Dekker en Margaretha Verheul zijn mijn opa en oma van moederskant. Zij hadden zeven kinderen, waarvan mijn moeder Aartje Dekker de oudste was. Opa Dekker was zelfstandig veehouder, hij is 92 jaar geworden, mijn opoe Dekker is vroeg gestorven.


Opa had nog één zoon thuis, die was veel weg want hij zat op de grote vaart. Als hij thuis was bijvoorbeeld in november en december en het had een beetje gevroren, ging ik met hem mee de polder in met een baggerbeugel. Hij kon al aan de luchtbel in het ijs zien of er een zeelt onder lag, voorzichtig haalde hij de zeelt op de kant met de baggerbeugel, we gingen altijd met een maal vis naar huis. Die vis werd steeds met water ververst om de moddersmaak te verminderen, de vis was daardoor soms al een week oud voor we hen aten. In de vis zat erg grove graat, dus het was makkelijk eten. Tijdens deze tochten met hem, moest je wel uitkijken voor de veldwachters want het was stropen, en dat was toen al verboden. De veldwachters Fondse of Den Hartog stonden altijd op de Veerweg met een verrekijker te loeren of er overtredingen begaan werden in de polder.


Opa Dekker woonde op Bosch 16. Wij konden achter ons huis om op de boerderij komen, opa had toen al 16 melkkoeien op een rij staan, en nog een stal haaks erop voor 7 koeien of jong vee. Er was ook een stierenstal, maar dat er een stier geweest is, is voor mijn tijd. Ik weet nog dat er in de stierenstal een vloer lag met stenen, dat waren ijsselsteentjes, die waren geld waard na de oorlog. Waar ze gebleven zijn, weet ik niet. De boerderij is gesloopt na 1955, later is opa Dekker verhuisd naar Bosch 52.


Oom Arie verhuisde toen van Bosch 52 naar Bosch 16, ze ruilden dus van huis. Waarom heb ik nooit geweten, daar werd ook niet over gesproken. Oom Arie kreeg ook een paar hectare weiland. Ik weet wel dat opa weiland in eigendom had, ik denk dat die weilanden uit de erfenis van opa Verheul gekomen zijn, dat was de vader van opoe Dekker.


Nadat opa Dekker verhuisd was had hij 12 koeien, dus hij is toen kleiner gaan boeren. Hij had ook wat jongvee en een geit. Met die geit mocht ik in de herfst naar de bok, de bok stond bij Hardam, achter in de Schoorsteeg. Zij hadden een kersenboomgaard, als ik thuis kwam daarvandaan hoefde ik nooit te vertellen waar ik geweest was.


Opa Dekker had een schouw, een ijzeren bootje, daar gingen we mee melken, mestvaren of bieten naar huis varen. Alles wat van het land kwam, of naar het land moest ging met de schouw. Mijn vriend Gijs en ik konden al gauw kloeten met de schouw (je loopt dan zelf op de kant maar met een lange stok stuur je de boot bij) dat was nog een hele kunst.


Uit het boek: Vaders herinneringen. Copyright Piet de Koning / annemariedekoning@yahoo.com

79 weergaven0 opmerkingen

De dijk

bottom of page